Vermeerderen frambozen door stekken

Frambozen Vermeerdering
Frambozen kunnen worden vermeerderd met stekken.

Frambozen kun je eenvoudig zelf vermeerderen door wortelsten te gebruiken. Dit is de veiligste methode om frambozen te vermeerderen. Waarom dit zo is en waar je op moet letten, leer je in dit artikel!

Waarom stekken vermeerderen?

Als je frambozen in de tuin hebt, weet je dat de struik talloze uitlopers vormt. Natuurlijk kunt u deze gebruiken voor vermeerdering. Bij het gebruik van uitlopers weet je echter nooit zeker of het van de gewenste plant komt. Om deze reden raden we u aan om wortelstekken te gebruiken voor de vermeerdering van frambozen. Omdat je er zeker van kunt zijn dat je precies de gewenste frambozenvariëteit krijgt.





Frambozen kunnen ook worden gekweekt uit zaden. Dit is echter een zeer complexe procedure. Totdat je een frambozenplant uit een zaadje hebt gekweekt, gaat er veel tijd voorbij. Veel gemakkelijker, veiliger en sneller is vermeerdering door stekken.

Vermeerdering van frambozen stap voor stap uitgelegd

Stekken van frambozen kunnen het beste in de herfst worden uitgesneden. Want dan is het groeiseizoen van de framboos ten einde en kan de snijwortel zich in de winter herstellen.

  1. Leg eerst de wortel van de framboos bloot
  2. Knip een groter stuk af
  3. Verdeel de wortel in stukken van tien centimeter
  4. Plant de wortelstek vijf centimeter diep in voorbereide grond
  5. Bescherm ze tegen vorst
  6. In het voorjaar kun je de jonge planten op de gewenste locatie planten.

Waar moet je op letten bij het delen?

Het getapte wortelstuk moet in verschillende stukken worden verdeeld, waarbij elke sectie ongeveer tien centimeter lang is. Om een nieuwe plant uit de wortelstek te laten komen, moet elke stek minstens vijf ogen hebben. Omdat de nieuwe staafjes eruit groeien en hoe meer er zijn, hoe groter de kans dat de stek zal ontkiemen.

Lees ook:   Hierop moet je letten als je je badkamer wil verven

Waarom winterbescherming?

Frambozen zijn winterhard. Wortelstekjes hebben echter nog geen eigen wortels gevormd en zijn daardoor gevoeliger voor vorstschade. Bescherm daarom de stek in de grond met wat schorsmulch of gebladerte en vergeet niet de plek te markeren zodat je de stek in het voorjaar weer kunt vinden.